Museum met nostalgisch vuurwerk

dennis-pyro

Registered User
Dinsdag 6 december 2005 - TILBURG – Herdertjeshunders, ladycrackers en matjes, wie kent ze nog? In het vuurwerkmuseum van Francois Zoontjes zijn ze tot en met 27 december te bezichtigen. Een gedummificeerd overzicht van 35 jaar Nederlandse vuurwerkhistorie.

2985101-384801-groot.jpg


Vuurwerk is een vluchtig product. De eigenschap dat eenmaal afgestoken vuurwerk voorgoed verdwenen is, brengt met zich mee, dat slechts de herinnering overblijft.

Met zijn vuurwerkmuseum wil Francois Zoontjens laten zien, dat de voetzoeker en de gillende keukenmeid alweer tot het verleden behoren. Maar ook complete verzamelingen, van ‘herdertjeshunders’ tot ‘atoombommen’, ladycrackers en matjes, worden in het vuurwerkmuseum weer tot leven gewekt.

Zonder geknal voort te brengen, want het zijn gedummificeerde hulzen, die kleurrijk maar uitgeblust het verleden laten herleven.

Positief beeld

Het vuurwerkmuseum is uniek in zijn soort. „Nooit eerder werd oud vuurwerk op deze wijze tentoongesteld“, zegt Francois Zoontjens.

„Vuurwerk komt altijd op een negatieve manier in het nieuws. Het is echt een Nederlands onderwerp geworden. Er is de afgelopen jaren heel wat afgeknald in Nederland. Dus dacht ik: laat ik het nou ook eens positief in beeld brengen. Toen ben ik aan de slag gegaan met het verzamelen van dummy’s, oftewel nagemaakt vuurwerk, zonder kruit. Ik spoorde via internet oude labels op en heb ze exact een op een nagemaakt. Ook heb ik zo’n zeven vuurwerkbedrijven benaderd om aan oude hulzen en labels te komen, onder andere het Tilburgse Beko. Ze hadden nog veel oude dummy’s liggen en die mocht ik allemaal hebben. Anders was het me nooit gelukt een dergelijke verzameling bij elkaar te krijgen.“

„Vroeger was ik vooral gecharmeerd van knalvuurwerk“, geeft hij toe.

„Maar op een gegeven moment kwam het Chinese siervuurwerk in de mode, mede omdat de veiligheidsmaatregelen steeds meer werden aangescherpt. Vóór 1980 kon je in de winkel van die grote knallers kopen, maar sinds het TNO-verbod van 1978 is dat illegaal. Het oude knalvuurwerk is nu moeilijk meer te krijgen, je vindt hier en daar op zolder nog wel eens een zakje.“ Hij laat enkele illustere exemplaren uit het verleden zien: de atoombommen met de grijze lonten, de luchthuiler met afrondende knal, de voetzoekers. „Dat mag niet meer, ik heb het allemaal zelf moeten namaken.“

Fascinatie

Al op jeugdige leeftijd was Francois gefascineerd door vuurwerk. „Toen ik vier jaar oud was, stak ik mijn eerste pakketje af. Later werden het ladycrackers en matjes, veel stoken voor weinig geld. Wie deed dat niet toen hij jong was? Nu ben ik 36, dus ik hou me al 32 jaar bezig met vuurwerk. Er is nooit iets mis gegaan, want ik ben er altijd verantwoord mee omgegaan. Vuurwerk is geen speelgoed, het is explosief materiaal en niet iedereen kan het even goed hanteren. Dat is natuurlijk met alles. Och, de een verzamelt postzegels, de ander vuurwerk.“

Behalve heel veel nostalgische hulzen en labels van vuurwerk liggen er ook oude prijslijsten in het museum, vuurwerkfolders, bestelformulieren, alles wat er bij hoort. Er blijkt een hele generatie oude liefhebbers te zijn die met weemoed terugdenkt aan rumoeriger tijden.

Francois: „Reken maar dat het storm loopt. Ik weet nu al dat ze hier uit het hele land naar toe komen.“ Het museum is geopend tot en met dinsdag 27 december en is gevestigd in de koopjeshal te Tilburg, Bernard Lodderstraat 37. Toegang is gratis. Voor meer info: http://www.kanonslagen.com
 
Bovenaan