Geen kans op centrale opslag van vuurwerk
HENGELO - Er komt geen centrale opslagplaats voor vuurwerk in Hengelo. Een goede plek daarvoor is niet te vinden en de ondernemers zouden te weinig interesse hebben. De gemeente wil nu de opslag van vuurwerk in woonwijken tegengaan door een soort uitsterfbeleid.
Hengelo kent nog zo’n zes vuurwerkverkopers in de stad. Die kwamen na de ramp in Enschede flink onder vuur te liggen. Met name de plannen voor aanpassingen van de opslag aan de Deurningerstraat (Busscher) en Meijersweg (Spoolder) veroorzaakten veel onrust. De gemeente dacht alle problemen op te lossen door het vuurwerk op te laten slaan in een gezamenlijke hal op een bedrijventerrein. Daarvoor leek een loods op Twentekanaal beschikbaar, maar dat ging niet door.
Eind vorig jaar liet het college op vragen van de PvdA weten nog steeds vast te houden aan een centrale opslag. Gisteren liet wethouder J. Oude Alink weten dat het ‘geen realistische optie’ meer is. Niet alleen was er geen goede locatie te vinden, maar ook de ondernemers bleken niet bijster enthousiast. Die hadden ook al flink geïnvesteerd in extra veiligheidsmaatregelen. ‘Met name de kleinere zaken zagen de noodzaak voor centrale opslag niet zo’, aldus Oude Alink.
Als een ondernemer aan alle veiligheidseisen voldoet, kan een gemeente vuurwerkbunkers in woonwijken niet verbieden. Het college hoopt de opslag nu tegen te gaan door een uitsterfbeleid. Via een zogenoemde parapluherziening van de bestemmingsplannen zou de bouw van nieuwe vuurwerkbunkers wel te voorkomen zijn.
Dat idee is opgenomen in het Beleid Externe Veiligheid dat B en W gisteren heeft vastgesteld. Doel daarvan is de risico van productie, opslag en transport van gevaarlijke stoffen voor woonwijken niet te laten toenemen en waar mogelijk te verkleinen. Daartoe is een lijst van zeventien risicobedrijven vastgesteld. Hoe gevaarlijk die voor de omgeving precies zijn, moet nog worden bekeken. Als blijkt dat de risico’s te groot zijn, wordt een plan van aanpak gemaakt voor sanering.
Daaronder vallen ook de LPG-stations. De gemeente is met een ondernemer in gesprek over verplaatsing daarvan. Welke dat is, wil de gemeente niet zeggen. Aan de Breemarsweg zitten er in ieder geval twee.
Daarnaast moeten de risico’s van de echt ‘zware’ bedrijven (categorie IV), zoals Akzo Nobel en afvalverwerkers, worden beperkt tot de eigen bedrijventerreinen. Gevolgen van ongelukken bij die bedrijven mogen niet buiten de grenzen daarvan worden gemerkt. Ook dat moet via de bestemmingsplannen worden geregeld als er nieuwe bedrijventerreinen worden aangelegd of bij actualisatie van bestaande. Ook het transport van gevaarlijke stoffen wordt in zulke gevallen goed bekeken. In overleg met de Regio Twente worden wegen aangewezen waarover ze vervoerd mogen worden.
HENGELO - Er komt geen centrale opslagplaats voor vuurwerk in Hengelo. Een goede plek daarvoor is niet te vinden en de ondernemers zouden te weinig interesse hebben. De gemeente wil nu de opslag van vuurwerk in woonwijken tegengaan door een soort uitsterfbeleid.
Hengelo kent nog zo’n zes vuurwerkverkopers in de stad. Die kwamen na de ramp in Enschede flink onder vuur te liggen. Met name de plannen voor aanpassingen van de opslag aan de Deurningerstraat (Busscher) en Meijersweg (Spoolder) veroorzaakten veel onrust. De gemeente dacht alle problemen op te lossen door het vuurwerk op te laten slaan in een gezamenlijke hal op een bedrijventerrein. Daarvoor leek een loods op Twentekanaal beschikbaar, maar dat ging niet door.
Eind vorig jaar liet het college op vragen van de PvdA weten nog steeds vast te houden aan een centrale opslag. Gisteren liet wethouder J. Oude Alink weten dat het ‘geen realistische optie’ meer is. Niet alleen was er geen goede locatie te vinden, maar ook de ondernemers bleken niet bijster enthousiast. Die hadden ook al flink geïnvesteerd in extra veiligheidsmaatregelen. ‘Met name de kleinere zaken zagen de noodzaak voor centrale opslag niet zo’, aldus Oude Alink.
Als een ondernemer aan alle veiligheidseisen voldoet, kan een gemeente vuurwerkbunkers in woonwijken niet verbieden. Het college hoopt de opslag nu tegen te gaan door een uitsterfbeleid. Via een zogenoemde parapluherziening van de bestemmingsplannen zou de bouw van nieuwe vuurwerkbunkers wel te voorkomen zijn.
Dat idee is opgenomen in het Beleid Externe Veiligheid dat B en W gisteren heeft vastgesteld. Doel daarvan is de risico van productie, opslag en transport van gevaarlijke stoffen voor woonwijken niet te laten toenemen en waar mogelijk te verkleinen. Daartoe is een lijst van zeventien risicobedrijven vastgesteld. Hoe gevaarlijk die voor de omgeving precies zijn, moet nog worden bekeken. Als blijkt dat de risico’s te groot zijn, wordt een plan van aanpak gemaakt voor sanering.
Daaronder vallen ook de LPG-stations. De gemeente is met een ondernemer in gesprek over verplaatsing daarvan. Welke dat is, wil de gemeente niet zeggen. Aan de Breemarsweg zitten er in ieder geval twee.
Daarnaast moeten de risico’s van de echt ‘zware’ bedrijven (categorie IV), zoals Akzo Nobel en afvalverwerkers, worden beperkt tot de eigen bedrijventerreinen. Gevolgen van ongelukken bij die bedrijven mogen niet buiten de grenzen daarvan worden gemerkt. Ook dat moet via de bestemmingsplannen worden geregeld als er nieuwe bedrijventerreinen worden aangelegd of bij actualisatie van bestaande. Ook het transport van gevaarlijke stoffen wordt in zulke gevallen goed bekeken. In overleg met de Regio Twente worden wegen aangewezen waarover ze vervoerd mogen worden.
