’Door een verbod in te stellen verdwijnt het probleem niet opeens’

The Cigarman

Moderator
Medewerker
artikel.jpg
Nederland gaat gebukt onder een overdosis regels: ’Door een verbod in te stellen verdwijnt het probleem niet opeens

AMSTERDAM - Overheden spugen heel wat regels uit. Veel daarvan lappen we massaal aan onze laars. Een blowverbod? Een rood voetgangersstoplicht? Verboden meeuwen te voeren? Een sisverbod? Het maakt weinig indruk. Met oud en nieuw knallen we recordhoeveelheden vuurwerk de lucht in, ook in gemeenten waar dat niet toegestaan is. Schiet de handhaving tekort, of hebben we gewoon te veel regeltjes?

Het vuurwerkverbod in twaalf gemeenten bleek afgelopen jaarwisseling slechts op papier te bestaan. In steden als Amsterdam, Rotterdam, Schiedam en Nijmegen, waar het gemeentebestuur een verbod had afgekondigd, vlogen de pijlen en klappers je om de oren. Handhaving was er nauwelijks. Wie wilde knallen, kon zijn gang gaan. De burgemeester van Schiedam verzuchtte in De Telegraaf dat ’de politie wel andere prioriteiten heeft dan achter elke knal aan te gaan’.

Ook de gemeentelijke handhavers (boa’s) kunnen niet alles in de gaten houden. En dat geldt niet alleen voor vuurwerk. Sommige in de algemeen plaatselijke verordening (apv) geregelde verboden zijn simpelweg niet handhaafbaar, zegt voorzitter Ruud Kuin van de Nederlandse Boa Bond. Hij noemt het ’sisverbod’, ingesteld om seksuele intimidatie van vrouwen op straat tegen te gaan, een mislukking. „Hoe belangrijk ook, het werkt niet. Niet te controleren. Ja, misschien in burger, zoals je ook in burger in de kroeg op alcohol schenken aan minderjarigen kunt controleren. Maar de proeven met handhaven van het sisverbod waren geen succes.”

Boerka
Ook van het ’gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding’ is na de invoering in augustus 2019 weinig meer vernomen. Deze wet verbiedt een boerka of een nikab te dragen op bepaalde plaatsen, zoals in overheidsgebouwen en in het openbaar vervoer. Maar zijn er boa’s die vrouwen met een boerka beboeten zodra ze voet zetten in een gemeentehuis? Kuin: „Ik hoor er nooit iemand over.” Dat het boerkaverbod een papieren tijger zou worden, bleek al bij de invoering. De Amsterdamse burgemeester Halsema noemde vrouwen uit de tram halen omdat ze een nikab dragen ’onbespreekbaar’.

Ook blow- en alcoholverboden, vaak van kracht op plaatsen waar veel overlast is, hebben nauwelijks effect. Kuin: „Blowen gebeurt toch. Dat is niet weg te denken. Een alcoholverbod in een gebied met veel daklozen? Dweilen met de kraan open. Door een verbod in te stellen verdwijnt het probleem niet opeens.”

Ligt het dan allemaal aan een tekort aan politieagenten en boa’s? Meer controle en handhaving zullen zeker helpen, zegt Pieter Desmet, professor empirische rechtswetenschappen van de Erasmus Universiteit. Maar dwang alleen is zeker niet voldoende. „Het idee dat mensen calculeren wat wel en wat niet kan op basis van de pakkans, verklaart niet alles.”

Vuurwerktraditie
Het publiek heeft vaak minder rationele drijfveren om een regel te overtreden, zegt Desmet. „Als de meerderheid vuurwerk afsteken normaal vindt, of als de buurt dat vindt, dan denken mensen dat zij het ook kunnen doen. Zeker als je ermee kunt wegkomen omdat er toch geen controle is.”

Andersom geldt: als de meerderheid iets afkeurt, volgt de rest ook. „Dat is een sterk mechanisme. Mensen willen niet graag in hun hemd staan”, zegt Desmet. Gedrag veranderen is een proces van jaren. De vuurwerktraditie kán uitdoven. „Met roken is dat ook gebeurd. Toen er een rookverbod in de horeca kwam, was daar weerstand tegen. En kijk nu, vrijwel niemand die de legitimiteit van die regel nog in twijfel trekt.”

Boabond-voorzitter Kuin stelt dat ’heldere regels nodig zijn, die iedereen begrijpt en waar draagvlak voor is’. „Je kunt niet iederéén beboeten. De boa’s en de politie zijn het sluitstuk. Het gros van de bevolking moet de regel begrijpen en respecteren. Dan hou je altijd een paar klojo’s over, en die zijn voor ons.”

Onduidelijkheid helpt niet, benadrukt Kuin. „Wil je vuurwerk verbieden, ga dan voor een landelijk verbod. Verbied ook de verkoop. Je hoeft het er niet mee eens te zijn, het is wel helder. In coronatijd werden ook regionaal verschillende verordeningen ingevoerd. Wat niet mocht in de ene veiligheidsregio, mocht een regio verderop wel. Echt een puinzooi was dat. Niemand die er maar iets van begreep. Er ontstond verwarring en agressie.”

Draagvlak
Draagvlak is alles, zegt ook de Groningse professor rechtswetenschappen Jan Brouwer, directeur van het Centrum voor Openbare Orde en Veiligheid. Voor een vuurwerkverbod is duidelijk geen draagvlak. „Daar is een massaal tekort aan ’ja’. Dat kunnen we wel vaststellen.” Zonder draagvlak hoef je aan een verbod niet te beginnen, stelt Brouwer. „Dan valt er niet tegenop te handhaven.Pas als zo’n 75 procent van de bevolking erachter staat, heeft het kans van slagen.”


Brouwer ziet vooral op lokaal niveau steeds meer regelzucht. We lijken er wel verslaafd aan geraakt, constateert hij. „Een jaar of tien geleden is geprobeerd het aantal verordeningen terug te dringen. Maar die tijd is helemaal voorbij. Gemeenteraden willen zich met van alles en nog wat bemoeien. Komt er een nieuw college met nieuwe ideeën, dan komen ook de regels. Zo bestaan in Groningen plannen om een drugsverbod op te nemen in de algemene plaatselijke verordening. Dat heeft natuurlijk geen enkele zin.”

Soms wordt er weleens een regeltje geschrapt, zoals het verbod om hesjes te dragen van outlaw motorcycle gangs. Dat was volgens de hoogste rechter in strijd met de vrijheid van meningsuiting.

Maar veel verordeningen blijven slapend bestaan. Ze belanden in een la, waar ze in de vergetelheid raken. Dat ze tóch blijven bestaan, vindt boa-voorzitter Kuin niet zo raar. „Op de fiets door rood rijden gebeurt dagelijks, massaal en overal. Dat betekent niet dat we het verbod om door rood te rijden maar moeten afschaffen. Het is de norm die we met elkaar stellen.”

Gevaarlijk
Regels afschaffen kan ook gevaarlijk zijn, waarschuwt hoogleraar staats- en bestuursrecht Jon Schilder. „Ze zijn met een reden ingevoerd, door een meerderheid van de gemeenteraad of de Kamer. Vaak bedoeld om de zwakkere te beschermen tegen de sterkere. Pas dus altijd op met het schrappen van regels.”

Niet altijd heeft de aanwas van lokale regeltjes een negatief effect. Gemeenten krijgen met een stortvloed aan bepalingen meer mogelijkheden om ondermijning te bestrijden. Brouwer constateert dat de burgemeester steeds meer de rol krijgt van crimefighter, met bevoegdheden om witwaswinkels en drugspanden te sluiten. Een bestuursrechtelijke aanpak blijkt effectiever dan een strafrechtelijke aanpak van criminaliteit, ziet ook hoogleraar Schilder. „Politie, het Openbaar Ministerie en de rechterlijke macht zijn structureel onderbezet. Het OM weet dat zij machteloos staat en richt zich daarom tot de burgemeester om in te grijpen.”

Gemeentepolitie
Terwijl de politie inzet op grote zaken, zijn boa’s steeds meer verantwoordelijk op straat. „De boa’s noemen we ook wel de gereïncarneerde gemeentepolitie, die in de jaren negentig is afgeschaft”, zegt Brouwer. „Boa’s krijgen er steeds meer bevoegdheden bij, waarom zouden ze niet een betere opleiding krijgen? Met meer training kun je ze ook beter uitrusten. Als je naleving van de regels wilt, moeten we de mensen die daarvoor verantwoordelijk worden gemaakt voorzien van voldoende middelen, zoals een wapenstok, pepperspray en noem maar op.”

Het aantal boa’s is de afgelopen jaren stevig uitgedijd. Buiten de politieboa’s telt Nederland zo’n 17.000 van deze handhavers, van wie er 6000 in gemeenten werken, 4000 tot 5000 in het openbaar vervoer en de rest als boswachters in de natuur. Kuin: „Ooit was het een melkertbaan. Er bestonden veel vooroordelen over. Maar de boa’s zijn flink geprofessionaliseerd. Ze hebben ruime bevoegdheden. Je ziet dat burgemeesters graag meer boa’s willen. Want ja, al die regels moeten natuurlijk wél nageleefd worden…”

Bron: https://www.telegraaf.nl/nieuws/2730...em-niet-opeens
 
Bovenaan